conditietraining

Ik aarzel nog. Vorig jaar, in aanloop naar de competitie, gaf ik mij op voor de conditietraining die de vereniging ons biedt. Van de tien weken ben ik er altijd wel twee op vakantie, dus volhouden leek mij geen probleem. Tennistrainen zonder racket in de hand heeft niet mijn grootste voorkeur, maar de oefeningen mét hebben wel iets. De uiterst vriendelijke trainer verzint iedere week andere circuit-oefeningen, hetgeen met zich meebrengt dat de uitleg vaak langer duurt dan de oefening. Daar ben ik dan wel weer blij mee. Het grote probleem zit hem in de samenstelling van de groep. Met enkel wat oude mannen zal het me een zorg zijn hoe rood mijn hoofd aanloopt en hoe snel de deodorant me in de steek laat. Vorig jaar was de groep gemengd, en dat levert veel extra problemen op. Had ik dit shirt vorige week ook al aan? Lig ik hier niet ongelofelijk kwetsbaar met mijn buik omhoog op het roze oefenmatje? Hebben ze het tegen mij? Mijn bril is zo beslagen dat het meeste mij ontgaat. Ook bij andere oude mannen in de groep herkende ik gelijksoortige problemen. Ze gedragen zich net iets fanatieker, waardoor de een na de ander bij een uiterste poging een bal te halen plat met zijn gezicht op het porous cushion gaat. Dan blijkt dat plotseling toch minder porous dan je wel zou willen en van cushion is al helemaal geen sprake. Slechts een enkeling is dermate zelfbewust dat hij probleemloos tien weken in dezelfde korte, smoezelige broek rondrent en zich al helemaal geen zorgen maakt over de zichtbaarheid van vetrollen. Ik kan daar jaloers op zijn. Wat zou het leven toch relaxed zijn indien de aanwezigheid van vrouwen geen rol meer zou spelen in het gedrag van de gemiddelde oude man. Gewoon jezelf kunnen zijn tijdens de lastigste grondoefeningen. Niet zo krampachtig je sluitspier te hoeven controleren en zelfs gewoon zonder pet op het hete kletsnatte hoofd je rondjes rennen. Wat kan jou dat kalende achterhoofd schelen! Hoezo deodorant, ik ga me straks wel weer douchen. Misschien zelfs ook niet! Zonder vrouwen zou ik me helemaal geen zorgen maken als ik achteraan zou lopen en iedere oefening heftig hijgend halverwege zou moeten afhaken. Mij een zorg! Nare bijkomstigheid is dan natuurlijk wel dat de hele conditietraining weinig effect zou hebben. Juist het feit dat ik minstens de helft van de tijd probeer mijn dikke buik in te houden maakt het trainen nuttig. Mijn gebrek aan zelfdiscipline wordt gecompenseerd door mijn ijdelheid waardoor maximale inzet gegarandeerd is. Vorig jaar vroeg ik dan ook eerst een lijstje van de overige deelnemers. Dat doe ik nu maar weer. Zo’n groep met alleen maar oude mannen als ik heeft helemaal geen zin. Wél zou het prettig zijn als bijvoorbeeld Wim van de Berg, Rein Rotgans of Herman van Essen zich op zouden geven. Dan weet ik tenminste zeker dat ik niet achteraansjok…