De domme klusjes in de keuken zijn voor mij. Je weet wel: boontjes afhalen, aardappels schillen, uien snijden en dus ook het uithollen van de pompoen. Ik doe dat braaf, want haar pompoensoep (met o.a.gemberwortel, knoflook en rode peper) is best lekker. Vorig jaar deed ik al een eerste ongevraagde poging om de pitten te roosteren. Soms wil je eens iets extra’s doen, toch, mannen? Dat werd niks. Nu googelde ik er even telefonisch een receptje bij, et voilá!
Je wast de pitten een beetje, trekt de meeste oranje draden er áf en kookt ze twintig minuten in wat water met zout. Ik toonde nóg meer initiatief door er twee gekneusde tenen knoflook, wat koreanderzaad en grof gemalen peper bij te doen. Vervolgens wat laten uitlekken in een zeef en in een bakblik ermee. Voor de zekerheid nog wat zout en een beetje olijfolie erover en nog eens twintig minuten in een hete oven. Halverwege een keer door elkaar schudden (doe daarbij wel die gezellige rode ovenhandschoenen aan) en klaar.
Je hoort mij hier niet zeggen dat mijn bijdrage lekkerder was dan de pompoensoep, want dat zou hier écht een pittige discussie opleveren. Neem maar van mij aan dat de pitten op zijn en er nog wat soep over is, voor vandaag. dicktipt: niet te zuinig met zout. fuck de bloeddruk.